Juni 2006

Vrijdag 30 juni 2006

Knie

Zoals de meesten van jullie wel weten ben ik dol op alles wat met calamiteiten en bedrijfshulpverlening te maken heeft. Ga met mij naar het theater en ik vertel je ongevraagd hoe het met de brandveiligheid in het gebouw gesteld is. Nog voor je je stoel gevonden hebt, heb ik je al overhoord over waar de nooduitgangen zitten én heb ik al commentaar geleverd op de noodverlichting waarvan in té veel theaters de accu's vervangen moeten worden. Kortom, BHV is my middle name.
Maar Brand is niet het enige waar BHV over gaat. EHBO is een belangrijk onderdeel van BHV, al ben ik daar een stuk minder in geïnteresseerd. Dat heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat ik een watje ben zodra ik bloed zie (tenzij daar een maandelijkse cyclus aan ten grondslag ligt). Ik mag dus wel heel blij zijn dat mijn kind van nature erg voorzichtig is en, hoewel dol op klimmen, nooit echt halsbrekende toeren uithaalt. Uithaalde moet ik zeggen. Want deze week was het maar liefst 6x raak!
Dinsdag begon het. Ik haalde hem af van de Naschoolse Opvang om naar het zwembad te gaan, maar dat ging dus mooi niet door. Want Mark was gevallen. Twee keer maar liefst en twee keer op precies dezelfde knie. En die knie lag vreselijk open en was derhalve verbonden door de gymleraar. Mark zag er reuze meelijwekkend uit en vanwege mijn eigen status van watje kon ik het niet over mijn moederhart verkrijgen hem te dwingen in het chloorwater te springen. So much voor de zwemles dus.
Wat mij overigens opviel en wat ik nog steeds niet kan verklaren, is dat er slechts 1 knie kapot was. Erg kapot, dat wel, maar wel alleen die knie. Terwijl een normaal mens dan toch minstens ook zijn handen openhaalt. Niet Mark. Alleen zijn knie. En steeds dezelfde knie. Wonderlijk kind heb ik toch.
De volgende dag was het weer raak. Mark was weer gevallen, de andere knie dit maal. Lang niet zo erg, maar hij lag wel open. Hij deed er laconiek over en was allang blij dat zijn vreselijke wond niet weer was gaan bloeden. Daar was ik het mee eens, terwijl ik zijn benen bestudeerde. Dat zag er niet best uit. Bovendien was het verband nogal groezelig geworden. Het zag er naar uit dat de eerste wond opnieuw verbonden moest worden. Dus ik stuurde Mark naar zijn oma. Want behalve dat ik graag rechtop wilde blijven staan, is mijn moeder ooit ook verpleegster geweest dus ik had sowieso meer vertrouwen in haar skills als wondverzorgster. Maar dat ging niet door want oma was er niet.
Nou zat dat verband nogal stevig vast geplakt. Met tape dat gemaakt was van een soort tweesecondenlijm, leek het wel. En hoewel Mark echt een bikkel is als hij echt wat heeft, hij is ook gewoon een man als er niks aan de hand is. Dus dat tape gewoon ff lostrekken was out of the question. Streng verboden. Niet zeuren mama, dat gaan we niet doen. Ik bedacht me dat de baby-olie nooit mee verhuisd was van Diemen naar hier en dat ik toch echt olie nodig zou hebben om dit tape op kindvriendelijke wijze te scheiden van de huid van mijn geliefde zoon. Nou ja, dan de olijfolie maar. Ik vertelde er nog een heel verhaal bij, dat dit hele dure olijfolie was en dat hoe duurder de olie was, hoe beter hij de lijm zou verwijderen. Dat beviel Mark wel. Dus ik verhoogde de prijs met zo'n slordige 20 euri. Mark was tevreden en ik mocht aan de slag. Anderhalve uur later hadden we één van de 4 stukken tape losgeweekt. Dat schoot niet op.
Ik deelde Mark mee dat dit een vier-dagen-project ging worden én dat hij moest gaan zitten weken in bad, terwijl hij zelf met een zakdoekje met kostbare olijfolie aan de slag mocht. Nog een uur later hadden we nog een stukje tape losgeweekt. Om vervolgens te concluderen dat het gaas van het verband aan de wond was vastgeplakt. JAKKES!!!
De volgende dag is Mark weer gevallen. Dit keer op andere schoenen, dus het lag gelukkig niet aan de nieuwe zomerschoenen die ik vorige week voor hem gekocht had. Dat viel alweer mee. Waar het dan wel aan lag is niet helemaal duidelijk. Volgens Mark gebeurt het steeds bij het voetballen op het schoolplein of op straat. Ik verdenk een van die rotjochies van zijn klas van stiekeme tackles. Mark zegt dat het onzin is en dat hij gewoon struikelt. Hm. Zal best.
Het probleem gisteren was dat ik een zware kwartaalbespreking had. Heel vervelend, in de warme zon, op zo'n prachtig terras aan het strand in Zandvoort. Dat had ik weer. En toen moest ik ook nog bbq-en 's avonds. Grote gamba's en heerlijke lappen vlees. Wat een rotbaan heb ik toch :-). Hierover trouwens volgende keer meer. Ook daar zit een logje in.
Maar goed, daardoor was ik dus wel hartstikke laat thuis. Mark was om half 6 door Ron opgehaald en zou bij mijn ouders blijven eten. Dat liep even anders dan gepland. Want hoewel Mark overdag dus blijkbaar nog volop kan voetballen, liep hij om half 6 opeens hartstikke mank. En om 6 uur kon hij helemaal niet meer lopen. En om kwart over 6 huilde hij dikke tranen. En dat deed hij nog steeds toen ik om 10 over 8 belde dat ik over 20 minuten thuis zou zijn. Jaja, aan zijn mannelijkheid hoeven we niet te twijfelen :-).
Wat dan wel weer fijn om te horen was, dat niemand ook maar naar zijn knie mocht kijken, laat staan aanraken. De superdure olijfolie moest speciaal uit mijn huis worden gehaald (om kwart over 6 dus), want die van mijn ouders was te goedkoop :-), maar oma mocht er niks mee doen. Nee er diende gewacht te worden tot de Supernurse (ik dus) ter plekke was. Oma was zwaar beledigd. Maar Mark zei dat ze zeurde en niet te vertrouwen was :-).
Ik zette Mark weer in bad en liet hem daar anderhalf uur lang bekertjes water over zijn knie gooien, omdat hij weigerde die onder water te dopen. Ik hoopte dat het water ervoor zou zorgen dat het verband los zou weken van de wond, maar dat gebeurde niet. Ik ging naast het bad zitten en moest af en toe mijn kop tussen mijn knieën houden om niet onderuit te gaan. Mark vroeg wat ik deed. Ik zocht een niet bestaand knoopje.
Onderwijl gaf onze lijfarts Marjolijn advies op afstand over wat juist wél en wat juist helemaal niet te doen. Ik dacht dat het meer indruk zou maken op Mark als Marjolijn het hem zelf zou vertellen en dat was ook zo. Mark knikte en humde en keek of hij het begreep. En zei, toen hij ophing: dat gaan we dus niet doen......
Anderhalf uur later hadden we vele stukken verband weggeknipt, maar het laatste stukje stak nog potsierlijk uit de wond. En de sliert die er aan hing mocht ik niet wegknippen want Mark verging van de pijn. Als hij tenminste niet afgeleid werd. Want toen hij me een emmer water in mijn gezicht gooide en daar bedaarlijk om moest lachen maakte hij nou niet echt de indruk dat hij zwaar gewond was. Zolang je niet naar die vreselijke knie keek, that is. Ik haalde Mark uit bad en legde hem in bed, in de hoop dat het verband er 's nachts vanzelf af zou gaan. Wat natuurlijk niet gebeurde.
Vanavond begonnen we maar wat vroeger met het badritueel. Nog voordat Duitsland de gelijkmaker scoorde, lag Mark al in bad. En zowaar doopte hij dit keer wel zijn knie onder water. Had vast iets te maken met mijn gemompelde opmerking over De Eerste Hulppost in Meppel :-). Ik besloot Marjolijn maar weer eens te gaan bellen, beneden. Ik had haar nummer nog niet opgeroepen, of Mark riep enigszins in paniek: Mama, komen, gauw! Ik deed een schietgebedje dat er please please please geen bloedbad zou zijn en legde een wereldrecord traplopen af. Om Mark breed grijnzend in bad aan te treffen. Hij had helemaal zelfstandig zachtjes het verband losgetrokken. Wat een held!!!!!!!
Ik ging in paniek naar mijn ouders om Betadine verband te halen. Niet thuis. Om vervolgens bij mijn zwager aan te bellen die ooit BHV-er is geweest. Niet thuis. Mijn zusje wel, dus die kwam al gauw achter me aan. Mark zat inmiddels onbedaarlijk te huilen, meer van de schrik van zijn heldendom dan van de pijn denk ik. Thamar wendde 30 jaar onderwijservaring aan en troostte Mark op wonderbaarlijke wijze. Vijf minuten later zat hij al weer breed te glimlachen, maar weigerde wel uit bad te komen. Ik liet het water dus maar weglopen. Je moet toch wat.
Het vervolg is minder spectaculair. Ik tilde Mark uit bad, deed hem zijn zwembroek aan en zette hem in de auto. Bij AH kocht ik (lang leve de lange openingstijden) vloeibare pleisterspray (tip van Marjolijn), en spoot dat, om uit te proberen, op mijn hand. Dat was cool, letterlijk en figuurlijk. Maar het prikte wel een beetje dus ik was benieuwd hoe dat zou uitpakken als ik Mark ermee bewerkte. Ik besloot het prikken maar even aan te kondigen want ik heb ooit eens van een arts begrepen dat een kind bij zo'n waarschuwing een soort van anti-pijn-stofje aanmaakt waardoor hij de werkelijke pijn beter kan weerstaan. En verrek, het hielp. Want Mark gaf geen kik. Dat wil zeggen hij piepte alsof hij een speenvarken was, maar had al gauw door dat dat niet echt nodig was en kondigde aan nou wel een bananenmilkshake te willen. En dat was het dan, einde verhaal. Er werd verder geen woord aan vuil gemaakt......


reacties in mijn gastenboek graag



Maandag 26 juni 2006

Robbie

Rond kerst stond ik in de V&D en daar stond zulke geweldige muziek op dat ik naar een verkoper ben gestapt om te vragen welke onbekende muzikant dit fantastische ceedeetje had gemaakt. De verkoper, nota bene een vent van een jaar of 120, keek me schamper aan en zei: "Dat is natuurlijk Robbie Williams". Ik was in shock. En vroeg aan de goedheiligman mij een exemplaar te brengen op zijn verjaardag.
Dat beviel Kitty wel. Want Kitty is erg van de Robbie-clan. Wel op een realistische manier gelukkig. Samen zijn wij er namelijk van overtuigd dat Robbie veel meer op Paul de Leeuw viel dan op Inge de Bruin. En daarin schijnen wij nogal alleen te staan, als we zo eens naar de mening van de miljoenen Robbie-aanbidders luisteren. Hoewel Marion volgens ons dan wel weer een kans maakt :-).
Maar ik dwaal weer eens af. Kitty had besloten naar het concert van Robbie te willen en wees mij aan als vrijwillige om met haar mee te gaan. Gehoorzame vriendin als ik ben, noteerde ik braaf in mijn agenda dat de afgelopen week geheel geblokt moest worden voor Robbie. Want Kit kan dan zo leuk willen gaan, voorlopig hadden we nog geen kaartjes. Dus zouden wij avond na avond voor de Arena gaan dwalen op zoek naar die twee kaartjes die voor ons bestemd waren.
Dat was natuurlijk mijn eer te na. Immers, al enige tijd heb ik de naam werkelijk overál kaartjes voor te kunnen krijgen, dus waarom dan niet voor zo'n Neem Dat jochie. Leek me. Ik besloot op zoek te gaan. Eerst op Marktplaats maar daar rezen de vraagprijzen boven de waarde van mijn huis uit. Dat leek me wat overdreven (zo goed is die cd nou ook weer niet).
Dus boorde ik andere wegen aan. En trof in Toomler Marion. Een Acda en De Munnik liefhebster die ik nooit eerder ontmoet had, maar met wie het meteen klikte. En nog geen 3 minuten nadat ik haar leerde kennen, was de koop gesloten. Zij was zo aardig om mij gewoon 2 kaarten tegen kostprijs te verkopen, een sympathiek gebaar gezien de grove winsten die ze erop had kunnen maken. Voor jullie informatie, de vriendschap die wij sindsdien aan het ontwikkelen zijn staat daar volkomen los van. Het is gewoon een leuke meid!
Ik besloot Kitty te verrassen. Immers, zij is 4 juni jarig en zij heeft sinds het begin van de winter voor kinderopvang gespeeld. Elke maandagmiddag nam ze Mark mee die daardoor een dag minder naar de opvang hoefde. En dat vond ie fijn. Want hoewel hij de kinderopvang geweldig vindt, speelt hij nóg liever met zijn vriendje Jesse, de zoon van Kitty. Dus ik vond zo'n superkado als een kaartje voor Robbie eenmalig wel op zijn plaats. Eenmalig Kit, dat je niet denkt dat hiermee een trend gezet is :-).
Drie maanden lang heb ik mijn mond moeten houden. Drie maanden lang heb ik haar wijsgemaakt dat we op 24 juni (wat later 25 juni bleek te zijn) naar Bløf zouden gaan. Wat was dat moeilijk zeg. En wat is ze erin getuind. En wat was ze lief ontroerd toen ze dan eindelijk haar verjaardagskadootje kreeg. En wat was ik blij dat ik dat eindelijk mocht geven. En wat hebben we een voorpret gehad.
Maar gisteren was het dan eindelijk zo ver: we gingen naar de Arena. Daarbij was het handig om wat inside tips vanaf de eerste rij te krijgen (thanks daarvoor!) over hoe laat we in de rij moesten gaan staan. Uiterlijk 4 uur was de boodschap, als je in het eerste vak wilden staan. Wat we natuurlijk wilden. En dus stonden we er om kwart voor 4. In de stromende regen, maar met een humeur als een zonnetje!
Half 5 gingen de hekken open en verplaatsten Kitty en ik ons naar voren, als volleerde voordringers. Minstens 10 minuten vroeger dan verdiend waren we binnen en konden we een plek opzoeken in het eerste vak. Op ongeveer de 12e rij. En dat is bij zo'n concert errug dichtbij hoor! En toen begon het lange wachten......
Gelukkig werden we bezig gehouden met de wedstrijd Engeland-Ecuador, wat natuurlijk zeer stemmingbepalend voor Robbie zou zijn. Want als Engeland niet door zou gaan, zou het wel eens een minder leuke avond kunnen worden. En zeker als Oranje dan wel door zou gaan. Little did we know....Gelukkig won Engeland. Al zagen wij er niet veel van omdat wij de enigen waren die besloten op de grond te gaan zitten. Ik kan u zeggen, de gemiddelde kont en kuit zijn heel wat dikker dan de mijne. En dat hebben we een uur lang kunnen bestuderen. Tot ook die kuiten en konten moe werden en gingen zitten.
Om half 7 begon het eerste voorprogramma. Een geweldige band, genaamd Orson. Omstanders wisten mij te vertellen dat dit een Amerikaanse band is. Lekkere stevige maar melodieuse muziek. My kind of music dus.
Het tweede voorprogramma was een stuk succesvoller overigens. De naam van de band is mij even ontschoten maar het was bijzonder swingend. En de leadzang werd gedaan door 2 gezellige dikkerds in belachelijke outfits. Echt lekkere wijven waren het, getuige een smsje dat ik daar over ontving :-).
Tussendoor ging er een wave door het stadion en ik moet zeggen: daar kunt u mij uren mee vermaken. Geweldig gezicht vind ik dat!
En toen was het eindelijk 9 uur en kwam Robbie op. Ja, wat kan ik er over zeggen. Het was echt een geweldig concert. Alles klopte, zelfs het geluid. En dat is een klein wondertje, getuige de ervaringen die ik daarmee heb opgedaan in de Arena. Schijnt te maken te hebben met een nieuwe geluidsinstallatie, zo las ik op de site. Hoewel ik vermoed dat het hielp dat ik op het veld stond.
Het decor was indrukwekkend, de lichtshow werkelijk schitterend. Robbie was gewoon Robbie en maakte er een feest van. En, wat echt goed was, hij maakte optimaal gebruik van het uitwaaierende podium met catwalk. Hij bleef heen en weer rennen en het was werkelijk knap om te zien dat hij niet buiten adem raakte. Wel kreeg ik af en toe de neiging hem een pilletje Ritalin toe te stoppen, want enigszins ADHD komt hij wel over.
Tot mijn grote verbazing kende ik bijna elk nummer dat hij speelde en dat maakt een concert natuurlijk altijd leuker. Mijn favoriete nummer, Advertising Space (over Elvis, dat had ik er nog niet eerder uitgehaald overigens) ging helaas de mist in doordat juist in dát nummer het geluid de mist in ging. Dat was erg jammer, maar werkelijk het enige minpuntje. Oh nee, een ander minpuntje waren de videoschermen waarop niet constant het concert te zien was, maar ook een soort videoclips. Het podium was echter zo gigantisch groot dat Robbie soms gewoon zoek was en dan is het wel leuk om op een videoscherm te kunnen kijken. Waarop soms dan dus clips te zien waren in plaats van het concert. Beetje jammer. Maar niet onoverkomelijk hoor.
Hoogtepunt was wat mij betreft het duet dat hij zong met zijn beste vriend Jonathan Wilkes. Geweldig shownummer, op humoristische wijze gebracht, met een ongelooflijk lekker tiepje.

Ronduit eng vond ik het vuurwerk, de rook en vooral de vlammen aan het begin en het eind van de show. Indrukwekkend, dat wel, maar onbegrijpelijk dat dat door de brandweer is toegestaan. Je moet er niet aan denken dat dat fout gaat in zo'n stadion, met het dak dicht. Maar blijkbaar was het toch veilig genoeg. En het zag er waanzinnig uit!
Wat mij nog erg bezig heeft gehouden waren de (overigens mij onbekende) dames op de eerste rij die steeds op de grote schermen te zien waren, in bikini of met een soort van draadje voor hun tepels zo bloot waren ze. Advertising Space pur sang zeg maar. Ongelooflijk dat er meisjes zijn die zichzelf zo aanbieden, eentje zelfs met neptieten die zo bol stonden dat ik erop stond te wachten dat ze ontploften. Wat niet gebeurde overigens. Ik had overigens niet de indruk dat Robbie er echt oog voor had. Niet zo gek overigens want zelfs al ben je hetero moet je wel op heel erg ordinair vallen als je daarnaar kijkt.
Natuurlijk was het ook een speelavond voor Oranje en dus klonken voor het concert regelmatig spreekkoren door het stadion, die allemaal neerkwamen op "hup holland hup". Dat was erg leuk, want bracht een aparte sfeer. Een beetje onbeschoft vond ik het toen het ook tijdens het concert gebeurde (tussen twee nummers door, dat dan weer wel). Daar deed ik dus niet aan mee. Aan het begin van het concert had Robbie er nog wat aandacht aan besteed door er met een Holland-vlag vandoor te gaan en door het oranje sjaaltje om zijn nek, maar toen Nederland met 1-0 achterkwam, heeft Robbie dat niet gemeld (i.t.t. tot afgelopen woensdag toen hij dat wel gedaan heeft). Hij keek wel uit, de sfeer zat er net zo lekker in :-).
Ondanks de nederlaag van Oranje, die wij natuurlijk netjes door gesmst kregen van een Engeland fan (idioot!!!), hebben Kitty en ik ons bijzonder vermaakt en hebben we gisteren een herinnering gecreëerd die ons onze hele vriendschap bij zal blijven. Een topavond dus! Waarvoor nogmaals onze dank, Marion!


reacties in mijn gastenboek graag



Maandag 12 juni 2006

Code Oranje!

We waren vroeg, maar kwamen toch te laat. Als gevolg van een fucking file die veroorzaakte dat ik een half uur over de Zeeburgertunnel deed. En toen we bij school aankwamen, was de straat verlaten.
Nou ja, niet helemaal verlaten. Want tegen een wiel van een auto stond een tas. Een linnen tas, met klep. Helemaal geen schooltas. Meer een tas voor een hippie ofzo. Als gevolg van beroepsdeformatie (én door het bijgewoond hebben van enkele angstwekkende anti-terrorisme-presentaties) ging mijn terrorisme-antenne meteen uit. Maar ik liep door. Mark was al laat en we hadden haast.
Tien minuten later kwam ik de school uit (moest nog wat dingen regelen voor de bieb) en toen stond de tas er nog steeds. Eenzaam en alleen, leunend tegen het wiel van die auto. Ik besloot toch maar even een belletje te wagen. 0900-8844. Want ik wist eigenlijk niet helemaal zeker wélk nummer je nou eigenlijk moet bellen bij het zien van een verlaten (rug-)tas.
De dame aan de andere kant van de lijn nam alle gegevens op en vroeg wat rare vragen: "Hoe groot is die tas precies?" (ik weet het niet mevrouw, ik heb hem niet opgemeten), "is die tas van iemand?" (yeah right, dan ga ik jullie toch niet bellen?) en meer van dat soort onzin. Ze wist duidelijk niet wat ze moest vragen. So much voor de goed getrainde politiemacht in Nederland.
Ik ging naar mijn werk, vertelde daar wat lacherig over hoe ik de wereld heb gered van de ondergang en vergat prompt het hele voorval. Tot een uur of 3 's middags. Ik ging net in gesprek met mijn leidinggevende, toen mijn (privé-)telefoon ging. De politie, bureau Linaeusstraat nog wel (de straat waar Theo van Gogh werd vermoord). Of ik wist of die tas er nog stond?!?!?!?!?!?! Nou ja zeg. Natuurlijk wist ik dat niet. Het was inmiddels 6 uur na mijn telefoontje!
De politieman legde uit dat ze het een beetje druk hadden gehad en dat ze nog geen tijd hadden gehad voor de tas. Kortom, ze hadden geen flikker gedaan aan mijn telefoontje. Ik gaf aan dat ik me nou niet bepaald veiliger ging voelen als de politie zich zo opstelde. Oom agent schoot in de verdediging en bracht naar voren dat hij wel zo netjes was geweest om me even op de hoogte te brengen. Ik besloot terstond ingezonden brieven te gaan sturen naar werkelijk alle kranten van het land en bedankt Oom Agent voor zijn beleefde telefoontje. Ik vraag me af of hij het sarcasme proefde dat ik in dit bedankje probeerde te leggen.
Voor zover ik weet is er geen auto of erger nog een school ontploft in Amsterdam dus er is niet echt iets aan de hand. Maar toch. Als dit nou dat geweldige anti-terrorismebeleid is waar de heer Balkenende zo trots op is, wil ik niet weten wat ze doen als er niet zoveel gevaar dreigt. Niet veel minder vrees ik....................


reacties in mijn gastenboek graag



Zondag 11 juni 2006

Over vaders en zonen

Behalve een ongelooflijk lekker ding vind ik Hugo Borst ook nog eens een fijn journalist, die rake dingen zegt en schrijft. In zijn boek Over Vaders en Zonen schrijft hij over bekende voetballers en hun kinderen en vaders. En hij schrijft over zijn eigen zoontje Charly, een jochie met de ontwikkelingsstoornis PDD NOS (Pervasive Development Disorder, Not Otherwise Specified). Dat intrigeerde me.
Het boek is prachtig. Voetballers worden opeens mensen, of eigenlijk vaders en zonen en het is bijzonder interessant het verhaal achter de voetballer te lezen. Zo heb ik bijvoorbeeld een heel andere kijk op Robin van Persie gekregen (die op het eerste gezicht nou niet bepaald mijn sympathie had gekregen).
Werkelijk indrukwekkend is de manier waarop Hugo Borst de persoonlijke drama's van de voetballers John Bosman en Michel Boerebach heeft beschreven. Bosman verloor zijn zoontje in een auto ongeluk, Boerebach twee jaar later zelfs zijn beide zoontjes. Verschrikkelijk natuurlijk, maar zo vreselijk mooi beschreven door Hugo. Zonder ook maar enige sentimentele opsmuk, maar wél met gevoel. Echt mooi.
De (onzichtbare) handicap van zijn zoontje komt maar een paar keer ter sprake. Dat vond ik jammer want ik had daar graag meer over gelezen. Ik heb Hugo Borst er ooit eens over horen vertellen in Rondom Tien en dat maakte toen al indruk. Jammer, dat hij er in dit boek niet meer over schrijft. Maar wat hij schrijft is mooi. Tussen de regels door lees je zoveel liefde, verdriet en zorgen om dat ene kind dat hem zo lief is. Hoe herkenbaar.
Het laatste hoofdstuk bracht nog een verrassing voor me. Hugo beschrijft daarin hoe hij samen met Marco van Basten naar diens zoontje gaat kijken die zijn eerste uitwedstrijd met de F-jes moet spelen. Zoontje Van Basten wordt daarin beschreven in bewoordingen die letterlijk over mijn Markje lijken te gaan. Ik houd er niet van om letterlijk teksten over te nemen (lees het boek zelf maar), maar ik heb er wel sterk de neiging naar. Omdat het mij nog nooit gelukt is zo goed te beschrijven hoe Mark zich gedraagt op het voetbalveld. "Alex is meer van de Knex" heet het hoofdstuk. Ongelooflijk, als je weet hoeveel Knex ik de laatste tijd op Marktplaats gekocht heb.
Ik heb het boek in één ruk uitgelezen. Natuurlijk leende het weer zich daar vandaag voor. Maar het kwam vooral doordat het zo'n prachtig boek is dat werkelijk aan te raden is voor elke voetballiefhebber. Maar niet alleen voor voetballiefhebbers, ook voor elke willekeurige vader en moeder, getuige het feit dat ik het tijdens dé wedstrijd vandaag heb gelezen. Ik geef niet om voetbal, maar wel om dit voetbalboek. Aanrader!


reacties in mijn gastenboek graag



Donderdag 8 juni 2006

Ongenood bezoek

Sinds ik hier woon heb ik al een paar keer last gehad van ongenood bezoek. Wie herinnert zich niet dit bloedstollend verhaal? Gisteren was het weer raak.
Ik was, zoals vaak de laatste tijd, aan het werk in de tuin. Want ondanks de tegels, waar ik nog steeds erg blij mee ben, groeien er nog te pas maar meer te onpas planten op plekken waar ik dat niet bedoeld heb. En niet zulke kleintjes ook, hele struiken pluk ik weg tussen de tegeltjes.
Terwijl ik dus in niet mijn meest charmante houding voorovergebogen stond om al dat ongewenste groen te verwijderen van mijn terras, stond hij opeens naast me. Brutaal keek hij me aan en liep vervolgens rondjes om me heen, als was het om me te beoordelen.
Blijkbaar beviel hem wat hij zag, want hij maakte, ondanks mijn gilletje, geen aanstalten om weg te gaan. Sterker nog, hij ging op onderzoek uit. En niet in de tuin, maar hij liep gewoon brutaalweg naar binnen, waar Mark, hoe kan het ook anders, zich zat te vermaken op de Gamecube. Mark schrok zich dood en riep in nood om zijn moeder.
Ik bleef rustig want who needs paniek in zo'n situatie. Ik verzocht de indringer mijn huis te verlaten. Hij weigerde. Of eigenlijk, hij negeerde me. En ging er even rustig bij zitten. En als ik nou ergens een hekel aan heb, is het om genegeerd te worden. Ik werd dus boos. En begon te gillen dat ik mijn zwager er wel even bij zou halen. Mijn zwager die een commando was, getrained om te doden en opgeleid om dat van te voren aan te kondigen. Ofzoiets. Het maakte geen indruk. Tenminste niet op de indringer, wel op mijn buurvrouw die nieuwsgierig kwam kijken wat er bij haar buren aan de hand was.
Ik besloot, op aangeven van de buurvrouw, de indringer van achter te benaderen. Je moet niet hebben natuurlijk dat zo'n type in paniek raakt en de boel kort en klein gaat slaan.
Het hielp. De indringer verliet het huis, net voordat ik mijn zwager de killer erbij had gehaald. Gelukkig maar, ik houd niet van lijken in mijn huis. En zeker niet als ik hem van te voren nog even op de foto had gezet, terwijl hij dreigde mijn net gestreken wasgoed te vervuilen.


reacties in mijn gastenboek graag



Zaterdag 3 juni 2006

Voetbalplaatjes

Mark's vriendje Jesse spaarde voetbalplaatjes. Gericht op het WK 2006. Van het merk Goal. Dus een paar weken geleden kwam Mark erg enthousiast thuis en vertelde honderduit over hoeveel kaartjes Jesse al had en dat hij ze ook wilde sparen en wanneer we dan die zakjes gingen kopen. Om Mark te stimuleren had Jesse er al twee "gratis" aan hem gegeven. Als dat ooit eens een drugsdealer wordt verbaast het me niks :-).
Sukkel als ik ben, leek het me wel leuk. Ik snap die drang tot verzamelen wel. Ik zie nu wat collega's gniffelen, want mijn "verzameldrang" is een dagelijks terugkerend gespreksonderwerp. Of in ieder geval de chaos die door die verzameldrang wordt veroorzaakt.
Anyway, ik beloofde dat we de eerstvolgende woensdagmiddag een zakje (of twee) zouden gaan kopen. Eén zakje kost één euro en er zitten er 6 in. We spraken af dat hij wekelijks twee zakjes mocht kopen, één van zijn zakgeld (dat ik hem vrijwel nooit geef, omdat we het allebei altijd vergeten) en één gesponsord door mij. En zo gebeurde het, de afgelopen weken. Nou niet helemaal, want de eerste euro uit zijn spaarpot moet ik nog zien.
Op zich zit er trouwens wel een soort van opvoedkundige waarde aan deze waanzin. Elke keer als Mark wat (anders) wil hebben of kopen, wijs ik hem erop hoeveel pakjes voetbalplaatjes je voor dat geld kan kopen. Voorlopig begrijpt Mark dat Gamecube spelletjes alleen voor zijn verjaardag gekocht worden. Want dat zijn vet veel pakjes, Mam.
Maar het schoot niet op. De eerste weken nog wel, want toen was Jesse ook nog op zoek naar een paar kaartjes en soms had Mark die dubbel. Dus dan ruilden ze. Maar na een week of 2 was Jesse klaar en viel er niks meer te ruilen. Want er was verder echt helemaal niemand die die stomme kaartjes spaarde. Dat bevestigden ook enkele winkeliers mij overigens. Het viel me namelijk op dat ze altijd een doos moesten open maken als we ze kwamen kopen. En vaak waren we de eerste (en enige) klanten die er om vroegen. Hmpf. Dat heb ik weer.
Mijn moeder snapte mijn wanhoop en besloot ook maar eens een pakje te kopen voor hem. Als een kind zo blij belde ze me op dat ze ze gevonden had. Mark ging vol verwachting naar oma en keek beteuterd toen oma niet de Goal kaartjes had gekocht, maar de veel gangbaardere Panini voetbalplaatjes. Die je ook echt in kan plakken in een verzamelboek. In tegenstelling tot die stomme goalkaartjes waar niet eens een verzamelboek voor bestaat.
Oma zei blijmoedig dat hij toch ook wel die Panini kaartjes kon gaan sparen en begreep niet dat ik daar tegen protesteerde, omdat ik de euri mijn bankrekening af zag vliegen. Ach, wat maakt dat nou uit, zei de oma die haar kleinkind zo graag blij ziet. Hmpf.
Peter was wel te spreken over de actie van oma. Want zijn vriendjes (iets ouder dan Mark) bleken die Panini kaartjes ook te sparen, dus ruilen was geen probleem zei hij. Of hij dan ook niet die Goal kaartjes kon ruilen, vroeg ik nog. Nee helaas, was het ontmoedigende antwoord. Niemand spaart die. Ik had al zo'n indruk. Tsss.....Jesse, je wordt bedankt :-).
Tot ik op een min of meer briljant idee kwam. Ik besloot Markplaats te proberen. Zoeken op voetbalplaatjes en meteen 17000 gevonden advertenties. Jeej.....dacht ik. Tot ik door had dat al die mensen Panini plaatjes zochten en boden. Aargh. Nog maar eens zoeken dan, nu op Goal. En jippie.......er waren wel 5 mensen die daarover adverteerden. Waaronder één jochie uit Mark z'n voetbalteam. Zijn voormalig voetbalteam, I may add, want Mark is inmiddels overgeschreven naar een andere club (waarover later meer). Maar de kaartjes die hij zocht hadden wij niet dubbel. Toen in ieder geval. Dat is inmiddels anders, dus ik zal ze toch eens mailen.
De andere 4 aanbieders heb ik, uit naam van Mark, wel aangeschreven. De buit: 24 nieuwe Goalkaartjes en 90 (!!!) Paninikaartjes. Kijk, dat schiet op. Jammer alleen dat Ronaldinho er nog steeds niet bij zat. Want die wil mijn kind zo graag. En dat deze actie eigenlijk best veel postzegels kost, negeer ik ook maar. Je kunt beter een paar postzegels uitgeven aan kaartjes die je zeker nog niet hebt dan pakjes te moeten kopen waar meer dubbele dan nieuwe kaartjes in zitten. Lijkt me.
Anyway....zo langzamerhand heb ik ook reuze lol aan deze voetbalplaatjes. De plaatjes interesseren me niet zo, maar de sport om die kaartjes te vinden die Mark nog zoekt is dan wel weer erg leuk. En zo hebben we samen lol, mijn kind en ik. Balen dat hij bij zijn vader is dit weekend. Of eigenlijk balen dat hij zijn voetbalplaatjes meegenomen heeft ...... :-).


reacties in mijn gastenboek graag